Inleiding
Waarde lezers, we hebben weer een angstwinnaar: Proximity to Golf Courses and Risk of Parkinson Disease. En ik maar denken dat het grootste gevaar van golfen is dat het balletje tegen de schedel van een nietsvermoedende voorbijganger stuitert.
Wat wil het geval: pesticiden gebruikt op golfterreinen (er wordt een hele serie genoemd) zijn mogelijk gevaarlijk voor omwonenden. Hoe kleiner de afstand tussen de woonplaats en het golfterrein, hoe groter de kans op Parkinson’s (PD).
Althans, dat concluderen de onderzoekers. Klinkt bekend, nietwaar?
Precies. Bij de lelieteelt rechtszaken (zie deze blogpost) in Nederland worden vergelijkbare studies in de ring gegooid om angst op te wekken bij burgers.
Om nog maar te zwijgen over dierproefexperimenten waarin extreem hoge doses pesticiden inzicht zouden moeten geven in mogelijke gevaren voor de mens.
Jaja …
Ik heb recentelijk een nieuwe bijdrage geleverd aan een rechtszaak waarin mogelijke blootstelling van burgers aan pesticiden ter discussie staat: Gewasbeschermingsmiddelen en volksgezondheid - Kritische reflecties.
Golf!
Mijn eerste reactie op het JAMA-artikel Proximity to Golf Courses and Risk of Parkinson Disease: geloof ik helemaal niets van! Dat is trouwens mijn eerste reactie bij heel veel zaken die het nieuws halen.
Dat heb ik geleerd van mijn prof. chemie Lambert Brandsma. Dat was vrijwel altijd zijn reactie (in zijn onmiskenbare noordelijke tongval) bij het voorleggen van een publicatie uit vooral tijdschriften met een hoge impactfactor.
Ik ben hem eeuwig dankbaar!
Maar, waarde blogger: dit golfartikel is toch WETENSCHAP, nota bene gepubliceerd in een zeer gerenomeerd tijdschrift! En: het is ‘pier-revjoet’ dus voldoet dit artikel aan de hoogste wetenschappelijke standaarden!
En: er zijn geen kritische reflecties/commentaren verschenen (tot nu toe dan) en ook al geen ‘letters-to-the-editor’ met kritische opmerkingen, hoewel het nog vroeg dag is.
En dan de altmetrics, dat wil zeggen de publieke impact via socials en dergelijke. Die zijn gigantisch hoog. Het artikel is al bijna 6000 keer gedownload en al meer dan 200 000 keer bekeken!
De altmetrics van ‘mijn’ stikstof-artikel - A volatile discourse – reviewing aspects of ammonia emissions, models and atmospheric concentrations in The Netherlands - vallen daarbij in het niet.
Bedenk waarde lezers dat deze argumentatie om een bepaald artikel te verdedigen niets maar dan ook niets te maken heeft met de kwaliteit van het artikel. Het is namelijk …
… Garbage! (Vuilnis!)
Hier is alwéér een voorbeeld dat dit soort epidemiologische studies nooit meer mogen worden gepubliceerd. Het is absoluut vuilnis. Ik kan de uitbrander van (nota bene) epidemioloog Paul Knipschild uit 2005 niet vaak genoeg herhalen:
“Genoeg hier over etiologisch, epidemiologisch onderzoek! Ik krijg er langzaam een punthoofd van om uit te leggen wat er allemaal fout aan is. Het wordt tijd dat er een nieuw artikel verschijnt dat er korte metten mee maakt, zoals eerder Alvan Feinstein deed in het blad Science. Wilt u nog weten hoe vaak dat artikel van Feinstein geciteerd is? Bijna 200 keer, dat is heel veel, met als hoofdreden dat horden epidemiologen van mindere allure hem in diskrediet probeerden te brengen. Dat zegt terzijde iets over de citatie-index als maat voor de prestatie.”
Alles begint bij de epidemiologische drogreden: men beweert dat oorzaak X – pesticiden doses als gevolg van gebruik ergens (op een golfterrein) – leidt tot gevolg (ziekte) Y, maar X is nooit gemeten.
Jawel, u leest het goed waarde lezers. De auteurs zeggen het zelf en wel als volgt: “de afstand tot het dichtstbijzijnde golfterrein is de blootstellingsvariabele” (p. 4/12). Ik verzin dit niet.
De PD-patiënten in kwestie zijn dus nooit onderzocht op doses gewasbeschermingsmiddelen (welke precies?) die ze zouden hebben binnengekregen als gevolg van het gebruik van pesticiden op betreffende golfterreinen.
Sterker, er is niet eens een gedefineerd golfterrein mét omwonenden onderzocht!
Men heeft van 1991 tot 2015 PD-patiënten in Olmstead County in Minnesota geïdentificeerd. Maar: “Hoewel PD-gevallen in Olmsted County moesten wonen op het moment dat de symptomen begonnen, hoefden ze voor die datum niet in Olmsted County gewoond te hebben.”
Huh? Dus, we kunnen helemaal niet achterhalen of gevonden PD-patiënten al (ongediagnosticeerde) PD hadden vóórdat zij vanaf 1991 gingen wonen in Olmstead County!
Toen kwamen, zucht, de modellen en de significanties aka kleine p-waarden. Lees deze studie van Ronald Meester over de nonsens van significantie. Niet verbazingwekkend zijn de modellen van de auteurs meer dan complex (mijn vertaling; met nadruk):
“Logistische regressie werd gebruikt met PD als uitkomst en de afstand tot de dichtstbijzijnde golfbaan als blootstellingsvariabele, waarbij werd gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht, ras, etniciteit, indexjaar, het mediane huishoudinkomen op blokgroepniveau in 2010, het woongebied Rural Urban Commuting Area (RUCA) uit 2010 en zorggebruik.”
Correcties?? Hoezo correcties. Het zijn wiskundige knoppen waaraan je kunt draaien om ‘de beste (publiceerbare) uitkomsten’ te genereren. Ze hebben kleine p-waarden gevonden, dus ‘significant’:
“Deze bevindingen suggereren dat pesticiden die worden toegepast op golfbanen een rol zouden kunnen spelen in de PD-incidentie voor omwonenden.”
Ziehier de correlatie drogreden. Deze bevindingen, die in feite geen bevindingen zijn, suggereren helemaal niets. Het laat veeleer de incompetentie zien van de onderzoekers. Correlatie (als hier zelfs al sprake van kan zijn) is helemaal geen causatie.
En …?
Wat moeten we met al dat epidemiologisch afval? Mijn advies: niets! Negeren! Het is academisch gif waaraan we al veel te lang worden blootgesteld.
Onderzoekers hebben baat bij dit soort epidemiologisch afval. Het brengt (onderzoeks)geld in het laatje en verhoogt hun academische status. Meer publicaties, meer beter! (Ik weet het; dit is een kromme zin.)
Ik neem het burgers niet kwalijk dat ze bloednerveus worden van al dit soort academisch geweld. Het ziet er ook zo ‘degelijk’ uit. En: er worden computers gebruikt, met modellen. Dan is het ‘waar’. Toch?
Nietsvermoedende burgers lopen zo aan de leiband van de angst voor ziekte en dood, gefaciliteerd door onderzoekers die hun carrière op angstonderzoek hebben gebouwd.
Daarmee zijn zij een gemakkelijke prooi voor clubjes die hun eigen wenswereld gerealiseerd willen zien, sinds de Urgenda klimaatzaken het liefst via de rechter.