Inleiding

Over vergeving wordt veel geschreven. De titel van deze blogpost lijkt een vals dilemma en de vraag is of het niet beiden kan zijn of toch iets anders, meer zelfs.

De Mayo Clinic - een grote private medische instelling in de VS - heeft een pagina gewijd aan vergeving. Dit is de definitie, aldus de Clinic (mijn vertaling):

“Vergeving … gaat om een bewuste beslissing om wrok en boosheid los te laten.

De handeling die je heeft gekwetst of beschadigd zal misschien altijd bij je blijven. Maar werken aan vergeving kan de greep van die handeling op je verminderen. Het kan je bevrijden van de controle van de persoon die je het bewuste kwaad heeft aangedaan. Soms kan vergeving zelfs leiden tot gevoelens van begrip, empathie en medeleven voor degene die je gekwetst heeft.

Vergeven betekent niet dat je het kwaad vergeet of goedpraat. Het betekent ook niet per se dat je het goed moet maken met degene die het kwaad heeft aangericht. Vergeving brengt een soort vrede die je in staat stelt om je op jezelf te richten en die je helpt om verder te gaan met je leven.”

De focus van deze benadering is op jezelf, als gekwetst persoon. Uiteraard, als medische instelling, gaat het artikel verder met de lichamelijke en psychologische voordelen van vergeven, zoals:

  • gezondere relaties
  • verbeterde mentale gezondheid
  • betere hart- en vaatgezondheid
  • sterker afweersysteem

Ik geloof dit allemaal meteen. Echt. Vergeven van anderen is gewoon gezond! Maar, dit is slechts een fractie van het grote geheel en misschien wel het minst belangrijke.

Vergeven (worden)

Het Clinic-artikel graaft gelukkig ietsjes dieper. Met de laatste vraag - “Wat als ik vergeving nodig heb?” - wordt een tipje van de sluier opgelicht van de essentie van vergeving, maar ook niet meer dan dat.

Het is slechts een korte afsluitende paragraaf die volgt op deze vraag. Mild voor jezelf zijn is ongeveer het eerste advies als het gaat over de eigen fouten.

Alleen als je echt spijt hebt van je daden naar anderen wordt het advies gegeven zonder excuses vergeving te vragen aan de gekwetsten. Natuurlijk, met dit advies is niets mis.

Artikelen zoals deze missen echter de pointe van vergeven.

Gekwetst worden, kwaad ondergaan dat anderen je aandoen, is een appèl, een oproep: hoeveel kwaad dat anderen kwetst en beschadigt schuilt er in jezelf?

Want: als vergeven een belangrijk onderdeel is van het menselijk bestaan, kan ik er ab-so-luut zeker van zijn dat ook ik vergeving nodig heb! Gelijke monniken, gelijke kappen. Dat wist men al in de Oudheid:

“Verdraag elkaar en vergeef de één de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen.” (Bijbel; Kolossenzen 3: 13)

Uiteraard komt in deze uitspraak ook Jezus (God) in het vizier. Maar, zelfs zonder deze ‘verticale verbinding’ is het duidelijk dat elkaar vergeven een essentieel onderdeel is van goede verhoudingen tussen mensen.

Schaamte en de smet op de ziel

Er zit echter een aspect aan vergeven van kwaad dat boven ons eigen leven uitstijgt, of je nou wel of niet in God gelooft. Vergeven kan altijd; de aangerichte schade in jezelf en aan anderen is daarmee echter niet gerepareerd. Integendeel!

De schaamte, de smet op de ziel, is voor ons onuitwisbaar, zelfs bij oprecht berouw van de dader en een diepgaande verzoening tussen dader en slachtoffer.

Filosoof Eleonore Stump zegt daarover het volgende in haar indrukwekkende boek Atonement (mijn hertaling; met nadruk):

“Vanwege het geheugen blijft het aangerichte kwaad deel uitmaken van het heden van de boosdoener. … De herinnering aan dat kwaad is op zichzelf geen slechte daad, maar er is niettemin iets moreel beklagenswaardig aan de voortdurende aanwezigheid van het kwaad in de herinnering. Zelfs bij onverdeeld berouw kunnen herinneringen aan moreel verwerpelijke daden nog steeds een kwelling zijn voor de gewezen boosdoener. … De morele resten van ernstig kwaad in de psyche van de dader, de smet op de ziel, kunnen ervoor zorgen dat anderen met afschuw op de persoon in kwestie reageren, zelfs als niemand meer kwaad van zijn kant verwacht. Berouw alleen neemt zulke weerzinwekkende kenmerken in de psyche niet weg. En dus is berouw, in zichzelf, onvoldoende om een overtreder in morele eer te herstellen. Bijgevolg is … een oprecht berouwvolle dader nog steeds in een moreel slechtere toestand dan voordat hij het kwaad in kwestie deed ….”

Het gezegde “Eens gestolen, altijd een dief” is een expressie van de smet op de ziel die kwaad achterlaat, zowel bij daders, slachtoffers en soms zelfs het nageslacht van beiden.

Het spreekt tevens de trieste verwachting uit dat mensen die kwaad begaan hebben nooit tot herstel kúnnen komen, zelfs als de moreel verwerpelijke daad, of ander kwaad, nooit meer zal (kunnen) plaatsvinden.

Nog belangrijker misschien is de (heimelijke) gedachte dat de dader de zondebok is van ons eigen gebrek. Het kwaad in eigen leven dat niet onder ogen wordt gezien kan zo afgeschoven worden op de dader die ons of anderen heeft beschadigd.

Een oproep

Is vergeven eigenbelang? Natuurlijk, maar daarmee is niet meer dan een oppervlakkig en in wezen banaal perspectief op vergeving geschetst. Er is veel meer aan de hand.

Vergeven is een oproep het eigen kwaad tegen het licht te houden en onder ogen te zien. Allerminst een gemakkelijke taak.

De diepgang die vervolgens noodzakelijk is kan, mijns inziens, alleen geleverd worden door het Licht Zelf, het Kerstkind waarvan we net de geboorte hebben gevierd.

De onderliggende gedachte hier is niet moeilijk te begrijpen: als ík vergeven ben, wie ben ik dan om anderen níet te vergeven?

Het vergeven-zijn is echter een overgave aan de Absolute Goedheid Zelf die ons ook kan ontdoen van de onuitwisbaar lijkende smet op de ziel.

Dat is precies het ‘ondraaglijke’ aan vergeven-zijn van Hogerhand.

Want: zolang je (terecht) bang bent voor iets slechts, iets kwaads, kun je hopen dat het goede je komt redden. Maar stel je voor dat dat goede onverdraaglijk goed is, dat wil zeggen te goed voor woorden is en in jou en mij niets anders dan het goede ziet?

Anders gezegd: blijft het bij het vieren van het Kerstfeest met de boom, het prachtige diner met geliefden, de kaarsen en de Kerststal, of heeft dit feest een vervolg?

Uw waarde blogger wenst u allen een prachtig 2025!