Inleiding

Klimaatscenario’s uit De Bilt. Iedereen lijkt ze te geloven, althans de Nederlandse media galmt de KNMI-zekerheden zonder reserve of kritische noten de Nederlandse samenleving in. Dat is eigenlijk heel bijzonder.

Collega en vriend Matt Briggs zegt het telkens weer: modellen zijn per definitie lijstjes met instructies - ‘als dit, dan dat’ - hoe ingewikkeld en omvangrijk modellen ook mogen zijn.

Daarmee vertellen modellen alleen datgene wat er ingestopt wordt door de programmeurs; niets meer en niets minder.

Eén ding is zeker: de scenario’s zeggen niets over onze toekomst of de toekomst van ‘het klimaat’. Het is magie van het zuiverste water. En dat is niet moeilijk uit te leggen.

Een kijkje in de wondere wereld van de tovenaars van De Bilt.

Scenario-taal

Tovenaars hebben altijd een zekere taal nodig om hun publiek, tja, te betoveren. Er moet met autoriteit gesproken worden, anders gelooft niemand hen. En dat doen de tovenaars van De Bilt, zoals duidelijk blijkt uit dit voorbeeld (p. 20; met nadruk):

“Als de hittegolf van juli 2019 zou optreden in een mondiaal 2°C warmer klimaat dan nu …, zijn dit waarschijnlijk de consequenties: • Temperatuurmaxima bereiken waarden tussen 42,5 en 45°C op veel plekken in Nederland. • Het ‘hittegolfgetal’ (som van temperaturen boven 30°C) verdubbelt. • Het gebied met temperaturen boven 40°C wordt veel groter. • Door de hogere temperaturen duurt de hittegolf langer, vooral in scenario’s met sterke uitdroging. In een 4°C warmer klimaat zijn temperaturen in de stad tot 50°C niet uit te sluiten en zou de zomer van 2019 vrijwel één continue hittegolf zijn geweest.”

Deze is ook leuk (p. 27):

“In Nederland neemt de kans op (extreme) droogte toe, met name in het hoge uitstootscenario, droog (Hd) …. In dit droogste scenario is een gemiddelde zomer in de toekomst ongeveer even droog als een extreem droge zomer nu.”

De schijnbare zekerheden die worden gedebiteerd in dit wondere pamflet staan in schril contrast met de enorme disclaimer die op de website van de KNMI staat. Lees deze holle frasen even mee (het Engels kent de prachtige term ‘weasel words'; met nadruk):

“4c. Welk scenario is het meest waarschijnlijk?

Er kan geen waarschijnlijkheid aan individuele klimaatscenario’s worden toegekend. We maken de verschillende klimaatscenario’s juist omdat zowel de uitstoot als hoe het klimaat daarop reageert enigszins onzeker is. De klimaatscenario’s op basis van hoge- en lage mondiale uitstoot en de natte en droge varianten voor Nederland geven samen de hoekpunten weer waarbinnen klimaatverandering zich waarschijnlijk zal ontwikkelen. …”

Ondanks alle lawaai die het KNMI en de pers gezamenlijk hebben gemaakt, weten we niet wat er zal gaan gebeuren. De kansen op dit of dat scenario zijn dus onbekend! Het klimaat, aldus het KNMI, zal zich ontwikkelen binnen bepaalde bandbreedten van kooldioxide uitstoot. Daar moeten we het dan maar even over hebben.

SSP5-8.5 (RCP8.5) - Voorspellingen

Dit lijken geheimzinnige codes, maar dat valt wel mee. SSP staat voor Shared Socioeconomic Pathways, dat wil zeggen klimaatveranderingscenario’s (voorspellingen dus) van mogelijke bedachte toekomstige sociaal-economische ontwikkelingen.

RCP staat voor Representative Concentration Pathways, met andere woorden concentraties van broeikasgassen (zoals kooldioxide) in de atmosfeer als gevolg van verschillende SSPs voorspellingen. Dit wordt gezegd over SSP5-8.5, de sociaal-economische voorspelling met de hoogste uitstoot van broeikasgassen (mijn vertaling):

“Groeien met fossiele brandstoffen – De snelweg nemen [Taking the Highway] (grote uitdagingen op het gebied van mitigatie en aanpassingen)

Deze wereld plaatst een toenemend vertrouwen in concurrerende markten, innovatie en participatieve samenlevingen om snelle technologische vooruitgang en ontwikkeling van menselijk kapitaal te produceren als de weg naar duurzame ontwikkeling. Wereldwijde markten worden steeds meer geïntegreerd. Daarnaast wordt er sterk geïnversteerd in gezondheid, onderwijs en instellingen om het menselijk en sociaal kapitaal te optimaliseren. Tegelijkertijd is er een sterke impuls tot economische en sociale ontwikkeling in combinatie met de exploitatie van overvloedige fossiele brandstofbronnen en de omarming van materieel- en energie-intensieve levensstijlen over de gehele wereld. Al deze factoren leiden tot een snelle groei van de wereldeconomie, terwijl de wereldbevolking in de 21ste eeuw piekt en weer daalt. Lokale milieuproblemen zoals luchtvervuiling worden met succes beheerd. Er is vertrouwen in het vermogen om sociale en ecologische systemen effectief te beheren, inclusief door geo-engineering, indien noodzakelijk.”

Ondanks de juichende woorden is dit het door de expertocratie meest gevreesde en verafschuwde voorspelling die ‘we’ koste wat kost moeten vermijden gezien de draconische consequenties voor het klimaat, volgens de modellen van de expertocraten dan.

Er is namelijk iets grondig mis met de SSP5-8.5 voorspelling, en dan druk ik mij nog heel voorzichtig uit. Leest u even mee met het KNMI (met nadruk):

“De twee doorgerekende scenario’s zijn bedoeld als een hoog en laag scenario. De opwarming zal zich waarschijnlijk ergens tussen deze twee scenario’s voltrekken. Het hoge uitstootscenario is waarschijnlijk een overschatting van de CO2-uitstoot, omdat veel broeikasgasbeperkende maatregelen al in gang zijn gezet. Toch bestaat nog steeds de mogelijkheid dat de temperatuurveranderingen, die voor het hoge uitstootscenario zijn berekend, uitkomen. Bijvoorbeeld als de klimaatgevoeligheid hoog blijkt te zijn of als natuurlijke terugkoppelingen (permafrost, biosfeer, oceaan) voor extra CO2-uitstoot zorgen. Daarnaast nemen extremen wellicht sterker toe dan de modellen voorspellen. Dat kan gecompenseerd worden door een hoog uitstootscenario te gebruiken.”

Overschatting? Echt waar? Dit wordt een ‘cheap shot’ van uw waarde blogger, maar een vakgebied dat consensus zo lief heeft, tegen alle wetenschappelijke mores in overigens, gaat nu zelf tegen de groeiende consensus in. En dat is pure ironie.

Wat wil het geval?

Gewraakt uitstootvoorspelling RCP8.5, horend bij het juichende en gevreesde SSP8.5, is een onnozel construct. Het gaat namelijk uit van een massaal en toenemend gebruik van kolen waarvan we met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid weten dat dat kletskoek is.

Dat werd in 2017 al opgemerkt in Why do climate change scenarios return to coal? Er zijn onderhand meerdere artikelen verschenen die tot dezelfde conclusie komen. RCP8.5 lijkt een steampunk-schets van de toekomst. Een farce.

Magie

Het excuus van de KNMI om dit apocalyptische uitstootscenario toch maar te gebruiken is dat de klimaatmodellen bepaalde zaken wellicht toch niet goed kunnen voorspellen, waaronder “sterker toenemende extremen dan gemodelleerd”.

Deze disclaimer is werkelijk van het potsierlijkste soort. Laat ik dit vertalen: ‘het is nodig een buitencategorie uitstootscenario te gebruiken om ons niet helemaal lekker draaiend model in de ‘juiste richting te compenseren’’.

Deze potsierlijkheid legt, ongewild, nog iets anders bloot, in weerwil van alle mitsen, maren en onzekerheden waarin het KNMI zich listig uitput: men is er gewoon van overtuigd dat de weerextremen zúllen toenemen als gevolg van de uitstoot van broeikasgassen! Punt uit!

Deze fideïstische overtuiging staat noodgedwongen op zichzelf en kan met niets anders dan een bizar uitstootscenario worden ‘goedgepraat’. Anders gezegd: de KNMI debiteert een gefabuleerde horrorwereld binnen een horrorwereld omdat nu eenmaal onze wereld een horrorwereld is.

Doemdenken dus, en daar schrijft uw waarde blogger in voorgaande blogpost uitgebreid over.

Klimaatmodellen zijn niets anders dan magie, dat wil zeggen “intrinsiek incoherent en onbegrijpelijk” om allervriendelijkst met de filosoof Hillary Putnam te spreken. De magie zit ‘em onder andere in de drogreden van reïficatie.

Deze drogreden houdt in dat een abstractie - in dit geval de klimaatscenario’s - moedwillig en foutief wordt gepresenteerd als een concreet, echt waarneembaar fenomeen.

Concreet en waarneembaar: dat zijn de klimaatscenario’s allerminst.

Het zijn dystopische dromen van utopische (doem)denkers die de wereld als niets anders kunnen zien dan stervend als gevolg van het gebruik van natuurlijke hulpbronnen, tenzij de expertocratie haar utopische zin krijgt.

Niet overtuigd? Lees dan even mee met wat er wordt gezegd over SSP1, de sociaal-economische voorspelling met de laagste broeikasgassenuitstoot, zoals beschreven in voornoemde paper (mijn vertaling; met nadruk):

“Duurzaamheid – De groene weg bewandelen [Taking the Green Road] (weinig uitdagingen op het gebied van mitigatie en aanpassing)

De wereld verschuift geleidelijk, maar diepgaand, naar een duurzamer pad, waarbij de nadruk wordt gelegd op een meer inclusieve ontwikkeling die waargenomen ecologische grenzen respecteert. Het beheer van de mondiale commons verbetert langzaam, investeringen in onderwijs en gezondheidszorg versnellen de demografische transitie, en de nadruk op economische groei verschuift naar een bredere nadruk op menselijk welzijn. Gedreven door een toenemende toewijding aan het bereiken van ontwikkelingsdoelen, wordt de ongelijkheid tussen en binnen landen verminderd. Consumptie is gericht op een lage materiële groei en een lagere hulpbronnen- en energie-intensiteit.”

Utopia uit De Bilt

Dit is je reinste utopische nonsens; het is nergens op gebaseerd en het heeft niets met de werkelijkheid te maken. Het lijkt sterk op de grootspraak te vinden in het klimaatrapport van de Lehman Brothers uit 2007, de bank die in 2008 ten onder ging.

Dit zegt de auteur, nota bene de Senior Economic Policy Advisor van de Lehman Brothers bank, als afsluiting van de samenvatting, indachtig dat de bank niet door klimaatverandering ten onder ging (mijn vertaling):

“Het aanpassingstempo van een bedrijf aan klimaatverandering en aanverwant beleid zal dus vast één van de krachten blijken te zijn die zal bepalen of een bedrijf de komende jaren zal overleven en groeien; of wegkwijnt en mogelijk sterft.”

Ondanks de grootse klimaat-vergezichten in dit rapport, zag men de eigen naderende ondergang niet aankomen. De ironie van deze dikdoenerij is niet te missen.

De scene uit de Wizard of Oz, waarin de tovenaar ontmaskerd wordt omdat Toto, de hond van Dorothy, het gordijn opentrekt waarachter een oude man zijn goocheltrucs bestuurd, is de beste illustratie van de voorspellingen hocuspocus van het KNMI (met nadruk):

“OZ - Do not arouse the wrath … of the Great and Powerful Oz! I said … come back tomorrow!

DOROTHY - If you were really great and powerful, you’d keep your promises!

OZ - Do you presume to criticize the – Toto pulls back the curtain to reveal the Wizard at the controls of the throne apparatus – Great Oz? You ungrateful creatures! Think yourselves lucky that I’m … giving you audience tomorrow, instead – the Wizard at the controls – his back to camera – he speaks into the microphone – he turns, looks and sees that the curtain is gone – reacts and turns back to the controls – …twenty years from now. Oh oh oh! The Great Oz has spoken!

DOROTHY - Who are you?

OZ - the Wizard peering out from curtain his voice booms out againOh … I … Pay no … attention to that man behind the curtain. Go … before I lose my temper! The Great and Powerful – Dorothy pulls back the curtain to reveal the Wizard at the controls – he reacts as he sees Dorothy – Dorothy questions him – the Wizard starts to speak into the microphone – then turns weakly back to Dorothy – Oz … has spoken!”

Pay no attention to that man behind the curtain.” - “Let niet op de man achter het gordijn.” Dat is wat het KNMI wil: ons doen geloven in magische voorspellingen gefabuleerd achter het hermetisch gesloten gordijn van de expertocratie.

Maar het is smoke and mirrors - magie, misleiding, minachting en macht. We hebben het gezien bij het stikstofverhaal dat ons al meer dan 30 jaar modelmatig dictatoriaal in de greep houdt; het klimaatverhaal is niet anders.

Uiteindelijk zijn de klimaatscenario’s het AERIUS van het KNMI - rijp voor de sloop.