Als we God achter ons laten, Hem doodverklaren, stellen wij bewust of onbewust de vraag: “Wie komt in Zijn plaats?”

Volgens Karl Popper is dit dé geboortegrond van de complottheorie als mechanisme om de huidige samenleving samenhangend, omvattend en dwingend te begrijpen en te bevragen.

De door God ‘achtergelaten’ plek vullen wij op, aldus Popper, met personen die, zoals God, achter de schermen opereren en die door het ‘gewone volk’ verantwoordelijk worden gehouden voor tal van zaken op het wereld-politieke toneel die schreeuwen om een verklaring.

De kracht van complottheorieën is niet alleen de allesomvattendheid maar ook het duurzaam clandestiene waarmee complotten zouden zijn omgeven.

Maar: allesomvattendheid en permanente geheimzinnigheid gaan niet samen. Beiden vormen de achilleshiel van complottheorieën.

Immers, hoe meer mensen weet hebben van een samenzwering, hoe groter de kans dat de samenzwering op straat komt te liggen. Er is altijd iemand die zijn/haar mond voorbij praat.

Dit alles neemt niet weg dat zichtbare en minder zichtbare machthebbers pogingen ondernemen om de samenleving naar believen en grootschalig te veranderen, zoals ik afgelopen juli nog aan bod liet komen.

De Europese Green Deal van de Nederlands overheid.

Gedeelde wereldbeelden, van een in hoofdzaak (eco)socialistische signatuur, vormen een drijvende kracht achter dwarsverbanden tussen instituties -de Europese Commissie bijvoorbeeld- en nationale overheden die gezamenlijk pogen de gefabuleerde nieuwe samenleving top-down te realiseren.

Een aantal van die gedeelde wereldbeelden kunnen worden omschreven als egalitair, ‘biologisch’, Europees, duurzaam, ‘groen’, mondiaal, enzovoort.

Ongeacht de eigen positie is het van groot belang dat de media over al dit soort zaken onafhankelijk en kritisch rapporteert.

Immers, de democratische belangen van individuele burgers van Europese landen staan op het spel in de grote transformatieprocessen die politiek-bestuurlijk, dus in hoofdzaak ondemocratisch, gefabuleerd en geïmplementeerd worden .

Maar het lijkt er op dat de media haar onafhankelijke en kritische positie grotendeels verspeeld heeft.

Dat is pijnlijk makkelijk te illustreren aan de hand van bijvoorbeeld het volgende stuk, gepubliceerd in De Volkskrant van 25 oktober 2019 (nadruk toegevoegd):

“In de ideale wereld maakt kritiek de bekritiseerde beter en sterker, maar inmiddels is er zo veel wantrouwen in de samenleving dat kritiek vaak meer kapot maakt dan je lief is. Wie mediakritiek levert – ook al is die op zichzelf terecht – loopt het risico dat hij politici als Trump in de kaart speelt, die er baat bij hebben om de media geheel kalt te stellen.

De mainstream media zijn een scheidsrechter, ze proberen zin en onzin van elkaar te scheiden. Dat lukt misschien niet altijd even goed, maar als de scheidsrechter niet meer wordt geloofd, dreigt anarchie, waarin ieders waarheid even veel waard is en waarin de schreeuwers de meeste invloed krijgen.

Kritiek op instituten als het RIVM, het CPB en het IPCC is ook ingewikkelder geworden. Van nature houden we dergelijke organisaties liefst scherp in de gaten, om te voorkomen dat ze al te makkelijke conclusies trekken of te veel macht krijgen. Maar als je nu kritisch bent, loop je het risico dat je munitie levert aan degenen die liefst helemaal van dergelijke instituten af willen en niemand meer willen vertrouwen, behalve zichzelf.”

Pieter Klok, hoofdredacteur van de Volkskrant sinds juni 2019, en schrijver dezes, houdt zijn lezers voor dat de mainstream media scheidsrechter is/behoort te zijn, en zin en onzin van elkaar kan en moet onderscheiden.

Sterker, de rol van de media wordt door hem zo groot geacht dat als zij als scheidsrechter niet meer wordt geloofd, er anarchie dreigt waarin de waarheid er niet meer toe doet.

Ongewild (of misschien zelfs gewild; ik weet het niet) definieert Klok hier nepnieuws.

Waarom? De Volkskrant toont namelijk, naar eigen zeggen, bar weinig interesse in zin en onzin. Klok’s positie is namelijk dat ‘teveel’ kritische reflectie (geen idee wat dat is trouwens) mensen als Trump in de kaart speelt.

Ook is kritiek op genoemde instituten zoals het RIVM niet welkom in de mainstream media. Immers, dat zwengelt wantrouwen aan en geeft mensen, die dergelijke instituten liever zien verdwijnen, een platform.

Nú begrijp ik waarom ik in De Volkskrant van 5 maart jl. - Commissie geeft boeren ongelijk: stikstofmodel RIVM deugt wél - als de “bekende RIVM-criticus” wordt omschreven.

Samengevat is Klok dus primair geïnteresseerd in het ‘ideologisch correcte verhaal’, wat dat ook moge zijn. En daarmee heeft hij de kaders geschapen voor het produceren en uitventen van nepnieuws.

En dat behoren, naar zijn idee, alle mainstream media te doen.

En inderdaad, ook nu.nl vindt het haar taak ideologisch correct op te treden door kritische reflectie op klimaatverandering en de rol van de mens daarin -dat heet ‘officieel’ ontkennen van klimaatverandering - niet meer toe te staan op haar website (zie verder mijn blogpost De autoriteit van drogredenen).

Rob Wijnberg van de Correspondent heef alweer drie jaar geleden de handdoek in de ring gegooid door in zijn Waarom feiten niet het antwoord zijn op nepnieuws te stellen (nadruk toegevoegd):

“Het cruciale verschil tussen waarheid als overeenstemming met de werkelijkheid [NB de waarheidsmakertheorie die ik eerder besprak] en waarheid als eerlijkheid en integriteit is dat de eerste ervan uitgaat dat waarheid iets is wat gevonden wordt, terwijl de laatste ervan uitgaat dat de waarheid iets is wat gemaakt wordt.

Uit deze twee verschillende opvattingen vloeit logischerwijs een heel ander soort journalistiek voort. De gevonden waarheid schrijft voor dat je als journalist uitzoekt hoe iets zit, de feiten op een rijtje zet en deze presenteert aan het publiek.

De gemaakte waarheid daarentegen ziet journalistiek als een uitwisseling van ‘beliefs and desires,’ in de vorm van een gesprek, met eerlijkheid en integriteit als onderliggende waarden. … Bij De Correspondent proberen we dit in praktijk te brengen. Door niet te doen alsof we objectief zijn, maar juist transparant te zijn over onze missies en (morele) aannames.”

In de kantlijn op ongeveer dezelfde plaats als bovenstaand citaat staat veelzeggend vermeld:

“Correspondent Jelmer Mommers heeft bijvoorbeeld als missie: ‘Ik wil de impact van klimaatverandering laten zien en samen met leden de overgang naar duurzaamheid versnellen.’”

Wat er overblijft is dat de mediale scheidsrechter propagandist is van een bepaald type wereldbeeld. En dat wereldbeeld is van hetzelfde soort als van diegenen die bijvoorbeeld de Europese Groene Deal of het Nederlandse Klimaatplan gerealiseerd willen zien.

De ‘gemaakte waarheid’ van de media, als doorgeefluik van gelijkgestemden, wordt dus openlijk beleden. En dat is niets nieuws onder de zon, dan alleen dat het nu open en bloot op straat ligt.

Bedenk daarbij dat we al decennia lang worden lastig gevallen, vanuit de academia maar nu ook via de media, door het intellectuele vandalisme van het feitenvrije (post-moderne) relativisme, de ‘gemaakte waarheid’. (Daar ga ik het een andere keer over hebben.)

En dat is niet alleen treurig, maar ook ondermijnend voor de samenleving. De mainstream media heeft kleur bekend, zowel politiek als filosofisch, waardoor de loopgraven in de samenleving alleen maar dieper zullen worden gegraven.

Dat roept tegelijkertijd de vraag op waar willens en wetens politiek wordt verborgen in het publieke én wetenschappelijke discours dat zo openlijk lijkt te worden gevoerd. Met die ‘anti-politiek’ ga ik in de volgende blogpost aan de slag.