Wat is een caleidoscoop eigenlijk? Dat is een buis die aan het ene einde een compartiment bevat met gekleurde kralen of andere kleurige voorwerpen. Dit compartiment is aan aan beide zijden afgesloten met doorzichtig materiaal, zoals glas.

Het andere uiteinde van de buis bevat een kijkopening. Twee of meerdere spiegels zijn in de lengterichting van de buis geplaatst onder een flauwe hoek ten opzichte van elkaar. Het uiteinde met het compartiment wordt naar het licht toe gekeerd.

Het resultaat van deze spiegelende opstelling is hele mooie beelden die constant van vorm veranderen. De symmetrie is vaak adembenemend. Het plaatje boven deze blogpost is een voorbeeld (wellicht met een likje photoshop).

Ik moest denken aan een caleidoscoop toen ik de analyse in De Volkskrant van zaterdag 22 augustus over ’s lands wetenschappelijke adviseurs las: Waarom het RIVM steeds meer onder vuur ligt.

Er worden tal van zaken boven tafel gehaald die stuk voor stuk van commentaar voorzien kunnen worden. Maar ik beperk mij tot dit korte citaat dat veel prijsgeeft van de ‘bedrijfscultuur’ en de eigen perceptie van het RIVM:

“De topman van het RIVM, directeur-generaal Hans Brug, herkent de ontwikkeling, maar vindt die niet alleen maar negatief. ‘Het promoten van alternatieve waarheden is de afgelopen decennia zeker toegenomen. Sociale media maken het makkelijker zulke meningen en ideeën te verspreiden. Daar zit misschien een schadelijke kant aan, maar wetenschap staat daardoor ook meer in de publieke belangstelling. Dat is de goede kant. Er wordt meer maatschappelijke transparantie van ons gevraagd. Wij moeten onze onderzoeksresultaten en rekenmethoden aan een veel breder publiek uitleggen. Dat is best lastig, want onze modellen zijn gemaakt door wetenschappers voor wetenschappers. Niet met het doel door iedereen begrepen te worden.’”

Duidelijk. Of nee, eigenlijk helemaal niet duidelijk! Wat zijn ‘alternatieve waarheden’? Ik heb nog nooit van dit idee gehoord, en de journalist gaat er niet verder op in. Een gemiste kans.

Terug naar de basis dan maar. Wat is waarheid? Nou, dit (uit Kazimierz Ajdukiewicz’s Pragmatic Logic):

“Truth is the basic condition of correctness of real definitions. Every real definition of an object states about it something which can truly be predicated about that object and about that object only. …”

Wat staat hier precies? Klinkt nogal ingewikkeld, maar dat valt reuze mee. Een voorbeeld. Als ik de bewering doe “Ik heb geen zonnepanelen op het dak van mijn huis”, is dat een bewering die gestaafd moet worden met het feit dat ik inderdaad geen zonnepanelen op het dak van mijn huis heb laten aanleggen.

De gedane bewering kan dus alleen als waar worden bestempeld als inderdaad de zonnepanelen ontbreken op het dak van mijn huis.

Dit is de waarheidsmakertheorie van waarheid: een uitspraak is pas waar als zij door een waarheidsmaker, dus een feit oftewel een stand van zaken in de wereld, waargemaakt wordt.

Er is geen waarheid zonder waarheidsmakers. Een ware bewering is gegrond in een feit/stand van zaken.

Maar, er zijn meerdere soorten waarheidsmakers. Voor de MCU liefhebbers: dat Tony Stark de superheld Iron Man is, is een ware bewering. De bewering is waar omdat de bedenkers -Stan Lee, Larry Lieber en Don Heck- deze fictieve figuur als zodanig hebben verzonnen en niet omdat Tony Stark/Iron Man een echt persoon is die je op straat kunt ontmoeten!

Of wat te denken van de beroemde optelsom 2+2=4? De waarheidsmakers voor deze vergelijking vinden hun basis in de noodzakelijke verbanden tussen wiskundige concepten. Niet eenvoudig, dit soort wiskunde trouwens.

Zaken uit het verleden, zoals de aanslag op de nazi Reinhard Heydrich op 27 mei 1942 in Praag en zijn overlijden op 4 juni, hebben waarheidsmakers in getuigeverklaringen, documentatie, foto’s en dergelijke. De aanslag op en dood van Heydrich worden dus gestaafd door tal van verschillende waarheidsmakers.

Nu terug naar Brug’s “alternatieve waarheden”. Daar kunnen we kort over zijn: die bestaan helemaal niet! Wat Brug hier beweert is onzinnig.

Hij heeft het ook over meningen en ideeën, die iedereen wel heeft over iets, maar dat zijn geen waarheden.

Ik neem aan dat hij doelt op ‘feitenvrijheid’, dat wil zeggen beweringen doen over de werkelijkheid die geen waarheidsmakers hebben of waarvan we de waarheidsmakers niet kennen.

Dat laatste vraagt dan weer onderzoek. Of er wordt gewoon bullshitbingo gespeeld door personen die graag feitenvrij anderen lastig vallen.

Dan vertelt Brug ons iets over “maatschappelijke transparantie” en “onze onderzoeksresultaten en rekenmethoden”. Die zijn lastig te presenteren aan het gewone publiek, want “door wetenschappers voor wetenschappers”.

Ook hier debiteert Brug onzin. Het is niet aan het RIVM of Hans Brug om te oordelen of voor collega onderzoekers of gewone burgers zaken wel of niet “lastig zijn”. Het suggereert bovendien een nogal forse overschatting van het eigen kunnen.

Nogmaals: het is de taak van het RIVM, vanwege haar publieke functies, alles (als in alles) openbaar te maken: naast de adviezen ook de gebruikte wetenschappelijke literatuur, gekozen methoden, ruwe onbewerkte datasets, rekenmodellen en alles wat daarbij hoort, en ga zo maar door. Zoals Tsuyoshi Miyakawa opmerkt in zijn No raw data, no science:

“Considering that any scientific study should be based on raw data, and that data storage space should no longer be a challenge, journals, in principle, should try to have their authors publicize raw data in a public database or journal site upon the publication of the paper to increase reproducibility of the published results and to increase public trust in science.”

Terugkomend op de caleidoscoop, waarom heb ik dit beeld gebruikt? Het grijpt terug op Brug’s “alternatieve waarheden”. Die bestaan, zoals gezegd, helemaal niet maar als je maar lang genoeg door een caleidoscoop kijkt, zie je steeds wisselende patronen die je doen duizelen.

Zo lijkt de wereld geworden, aldus Brug. Maar het RIVM kan voor ons, zo is de gedachte, de caleidoscoop uit elkaar schroeven om te laten zien hoe die werkelijk in elkaar zit, en waarom wij allerlei patronen zien terwijl die er niet zijn. En dan lijkt een bij wet verordineerde autoriteit, een meester-ingenieur zoals het RIVM zichzelf graag ziet, dé oplossing.

Maar zo lang parlement en kabinet niet de ruimte geven aan een veel breder discours met specialisten van tal van andere instituten en disciplines neem ik de RIVM-adviezen, hoe goed bedoeld ook, met een treinlading zout. Als wat Brug beweert ten minste staat voor de brede RIVM-cultuur!

Daar hoort wel een voorbehoud bij. Met collega’s heb ik de mogelijkheden om zelf analyses te doen naar standen van zaken. Dat is een voorrecht! Ik doe dan ook met veel plezier verslag van mijn bevindingen, met referenties(!), in deze blog.