Een woordvoerder van het Vuurwerkmanifest stelt dat als de landelijke overheid geen actie onderneemt, een civiele zaak gestart zal worden om een vuurwerkverbod af te dwingen.
Waar doet dit toch aan denken? Hmmm … Hebbes: de Urgenda zaak. Een (kleine) minderheid gaat, buiten het democratisch proces om, de meerderheid van de Nederlandse bevolking iets laten opleggen/afdwingen/verbieden via de rechter.
Samen met collega Lucas Bergkamp heb ik op 10 september 2015, ten behoeve van een ronde tafelgesprek met de Commissie Infrastructuur & Milieu van de Tweede Kamer over de eerste Urgenda rechtszaak, een notitie geschreven waarin wij onder andere het volgende zeggen:
“Een zeer kleine minderheid van nog geen 900 belanghebbenden tracht ons staatbestel naar hun hand te zetten door rechters uit te lokken tot extreem activisme. De nieuwe, “duurzame” samenleving die zij middels rechtszaken willen opleggen aan het gehele volk is immers gekenmerkt door “kleinschalige regionale fabrieken gebaseerd op groene grondstoffen.” [Volkskrant 26-08-2015] Urgenda en haar partners spinnen daar letterlijk garen bij. Moet de politiek dan hulpeloos toekijken hoe de rechter op de stoel van de wetgever plaatsneemt en vervolgens een minderheid bevoordeelt?
Urgenda wil de zorgen over het verval van de rechtsstaat wegnemen door te beloven dat het bij deze ene rechtszaak zal blijven. Klimaatverandering en -beleid zouden uniek zijn en dat zou niet gelden voor andere kwesties. [NRC 11-08-2015] De doctrine die de Haagse rechter heeft toegepast is echter de algemene theorie van gevaarzetting die geldt voor alle gevaren die door een rechter als onaanvaardbaar kunnen worden bestempeld; de deur staat dus wijd open voor procedures door allerhande actiegroepen.”
Onze constatering is duidelijk: indien de rechter activisme beloont, en dat is in de Urgenda zaak tot de Hoge Raad bestendigd, zullen er meerdere activistische partijen bij de rechter langskomen om hun gelijk te halen.
Het doet mij tegelijk deugd en verdriet dat we gelijk hebben. En dat is niet goed voor ons democratisch bestel.
Dit speelt al langer. In de Groene Amsterdammer van 2 december 2015 worden juristen bestempeld als ‘ontstoppers van de klimaatcrisis’. Roger Cox, die in de Groene Amsterdammer aan het woord komt, spreekt dan ook over het ‘falen van de democratie’ en dat de ‘democratie onder curatele [moet worden gesteld]’ in het licht van de gevaren van klimaatverandering. (Zie Urgenda of ‘The Great Dictator’.)
In zijn artikel Klimaat, veiligheid en het recht stelt Cox dat:
“De Staat dient dus actief voor bescherming en preventie zorg te dragen. Die preventieverplichting ontstaat reeds bij een verhoogd risico op schending en wordt niet aangetast indien de schade nog niet is ontstaan. Bij een voldoende reële kans op negatieve beïnvloeding van gezondheid van burgers (zoals bij gevaarlijke klimaatverandering zeker het geval zal zijn) ontstaat een verplichting voor de overheid om haar burgers tegen die negatieve beïnvloeding te beschermen.”
Voor de goede orde, dreigen met een stap naar de rechter om een vuurwerkverbod af te dwingen, heeft wat gevaarzetting betreft heel wat betere papieren dan de klimaatverhaal. Ik kan daar wel enige sympathie voor opbrengen.
Immers, vuurwerkgebruik leidt aantoonbaar, dat wil zeggen meetbaar, tot gewonden en doden, terwijl de gevaren van klimaatverandering zich vooral afspelen in de klimaatmodellen van een nogal morbide karakter.
Overigens maakt het helemaal niet uit voor de Hoge Raad als de klimaatgevaren zich nog alleen maar afspelen in de virtuele wereld van computermodellen. Ook als ‘de schade nog niet is ontstaan’ moet de Staat, vindt Cox en de Hoge Raad met hem, ingrijpen.
De rechter zal in geval van een rechtsgang over een vuurwerkverbod, gezien de jurisprudentie van de Urgenda zaak, wellicht op eenzelfde manier oordelen. Gevaarzetting is in dit geval heel gemakkelijk aan te tonen.
En aangezien de drempel voor gevaarzetting gevaarlijk laag ligt gezien de uitspraak van de Hoge Raad, lijkt een overwinning voor tegenstanders van vuurwerk in het verschiet. (Ik zou zeggen: doen!)
Nu één van onze voorspellingen -de gang naar de rechter van minderheden die vinden dat de Staat moet ingrijpen naar hun believen- helaas is uitgekomen, zal ik de openingsstatement van onze notitie aan de lezer voorleggen:
“Hoe leggen we straks aan onze kinderen uit dat we de Grondwet en de rechtsstaat hebben verkwanselt? Dat we de rechter hebben toegestaan het overheidsbeleid te bepalen op grond van veronderstelde “wetenschappelijke” noodzaak. Hoe leggen we uit dat de wetgever en uitvoerende macht de slaven zijn geworden van een door de rechterlijke macht aangestuurde scientistische voorzorgcultuur? Dat Montesquieu’s “bouche de la loi” is verworden tot een activist die zich met regelmaat voor het karretje van de een of andere belangengroep laat spannen. …”
De hoop is dat het zo ver niet zal komen, maar ik geef geen garanties. Lees de Oslo Principles, opgesteld door juristen, er maar eens op na. Zware en onheilspellende kost. De utopie blijft een gevaarlijk speeltje.