De term voorzorg is al een aantal malen gevallen. Tijd om het daar eens over te hebben.

In de Nederlandse taal hebben we het over ‘voorzorgsmaatregelen’, zoals tijdens onweer uit voorzorg stekkers uit stopcontacten halen, of uit voorzorg de dijken verhogen vanwege zeespiegelstijging, of uit voorzorg je data op een externe harde schijf plaatsen. Enzovoort. Voorzorg is dus een alledaagse term.

Of toch niet? Een beetje graven helpt (pas op: PFAS!). Aha: uit voorzorg iets verbannen uit de leefomgeving (of althans daar een poging toe doen), zoals PFAS. Met zo’n voorbeeld worden de voorzorg-bakens verzet. En niet zo’n beetje ook.

Hohoho, dit gaat te snel. Even terug. Met welke gevaren zijn we deze blogpost begonnen? Deze drie: blikseminslag met als mogelijke gevolgen schade aan elektrische apparaten en misschien zelfs brand; overstromingen met mogelijk grote schade aan land, infrastructuur en verlies aan mensenlevens; crashende computerschijven waardoor kostbare data verloren kan gaan.

We hebben weet van het bestaan van deze gevaren -uit de geschiedenisboeken, uit eigen ervaringen en ervaringen van anderen, we hebben benul van kansen (hoewel we daar niet altijd even goed in zijn!) en begrip van de omvang van effecten. Maatregelen ter preventie van al die schade is heel gebruikelijk. Preventie is hier eigenlijk een beter woord dan voorzorg.

Maar nu terug naar PFAS, of GMO’s (genetisch gemodificeerde organismen), of glyfosaat, of hormoonverstoorders, of veterinaire antibiotica, of klimaatverandering, en …. Ik noem maar een paar voorbeelden.

Hier spelen andere zaken. Zaken die niet zomaar zichtbaar, tastbaar, en meetbaar zijn. Niet op de korte en niet op de lange termijn. We kennen de gevaren, kansen en omvang van effecten nauwelijks omdat die moeilijk of helemaal niet te bepalen zijn.

Voor alle duidelijkheid: dat betekent niet dat deze gevaren niet echt of reëel zouden zijn.

En weet je nog: onze verhouding tot de werkelijkheid lijkt totaal verandert, aldus Ulrich Beck. Onze zintuigen en ons verstand zijn ‘nutteloos’ in deze nieuwe technologische wereld met al haar ‘onzichtbare’ gevaren die mogelijke effecten kunnen hebben op voornamelijk de zeer lange termijn.

We kunnen de ‘chemische vergiften’ om ons heen en in ons niet ruiken of proeven of zien; straling kunnen we niet zien (ervaren) en toch worden we er allemaal aan blootgesteld. Toenemende kooldioxide concentraties in de atmosfeer kunnen wellicht in de nabij of verre toekomst het aardse klimaat ontregelen. Iets wat we nu nog niet echt kunnen waarnemen.

De technologische samenleving heeft onze wereld ‘onzichtbaar ondermijnd', zo gaat het verhaal. We hebben nu experts nodig, met hun onbegrijpelijke meetapparatuur en computermodellen, om onze zintuigen aan te vullen, of eigenlijk te vervangen.

En vertellen die experts ‘de waarheid’ over de dreigingen die mogelijk boven ons hoofd hangen? Of heb je niets aan die experts en zijn ze vooral bezig het eigen wereldbeeld aan andere op te dringen? Of nog erger, kunnen zij ons wel informeren met hun wetenschappelijke kunde over de lange termijn? Misschien wel niet.

Al die dreigingen en onzekerheden, kwetsbaarheden en onwetendheid vraagt, zo denken velen, om voorzorg: bij twijfel niet doen.

Het oogmerk van voorzorg? Een veiliger wereld natuurlijk. Bescherming tegen al dat ‘technologisch geweld’ met haar ondoorzichtige gevaren. Bescherming voor iedereen; niet alleen nu maar ook voor de toekomstige generaties.

Of zoals de slogan luidt: ‘There is no planet B’. (Grappige terzijde: er zijn tientallen logo-varianten van deze slogan te koop op internet.)

Want: we zijn allen kwetsbaar. En dat geldt ook voor onze planeet met haar natuur! Voorzorg wordt veelal geadverteerd als de steunpilaar van de duurzame toekomst. En wie wil geen duurzame toekomst??

Hmmmm. We gaan volgende keer verder …