Van 24 augustus tot 10 oktober 2019 was het mogelijk om te reageren op de klimaatplannen van de overheid. Een consultatieronde dus die het mogelijk moet maken voor burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties om commentaar te leveren op voorgenomen beleid. Op de website van de consultatie staan enkele introducerende alinea’s die inzicht moeten geven in deze consultatie:

‘Het centrale doel in het klimaatbeleid, het terugdringen van de uitstoot van broeikasgassen, raakt aan het leven van alledag. Zo gaan we onze huizen anders verwarmen en gebruiken we andere vormen van energie. De transitie is daarom in de eerste plaats een maatschappelijke transitie. Burgers en bedrijven staan voor een reeks beslissingen die van invloed zijn op hoe we wonen, ons verplaatsen, wat we eten, de producten die we kopen, hoe we ons geld verdienen.’

En:

‘Het Klimaatakkoord bevat maatregelen om de nationale CO2-uitstoot tot 2030 met 49% te verminderen op een manier die voor iedereen haalbaar en betaalbaar is. Het Klimaatakkoord bestaat uit afspraken tussen partijen onderling en afspraken waar het kabinet uitvoering aan moet geven. Hiermee zijn de hoofdlijnen van het beleid dat is opgenomen in het Klimaatplan bepaald en begint de fase van uitvoering van het beleid. De publieksconsultatie van het Klimaatplan vraagt daarom specifiek naar de aandachtspunten bij de uitvoering van de maatregelen. Ook wordt gevraagd naar aandachtspunten die spelen op de langere termijn.’

Bedacht moet worden dat de doorrekeningen van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) nog niet zijn gedaan voor de plannen zoals voorgesteld op 28 juni 2019. Zoals opgemerkt in de Consultatieversie Integraal Nationaal Energie- en Klimaatplan 2021-2030: “In de Klimaat en Energieverkenning (KEV) zal het PBL in oktober 2019 zijn jaarlijkse prognose geven van de Nederlandse CO2-emissies en het energieverbruik in 2030. Het pakket aan beleidsmaatregelen – zoals dat bekend was per 1 mei 2019 – wordt daarin door PBL doorgerekend. De voorgenomen maatregelen uit Klimaatakkoord zijn hierin nog niet meegenomen. Om deze reden is er nog geen indicatief traject vanaf 2021 bepaald.”

Ik neem als gegeven dat de mensheid klimaat beïnvloedt, hoe groot of klein ook. Bovendien staat de (eventuele) wenselijkheid van vermindering van het gebruik van fossiel bronnen niet ter discussie. Er zijn meerdere chemische argumenten voorhanden, los van het klimaatvraagstuk, om het gebruik van fossiele bronnen te reduceren. Daarnaast zal ik slechts een beperkt aantal punten becommentariëren, in een aantal opeenvolgende blogposts, die in hoofdzaak te maken hebben met implementatie van de klimaatplannen om CO2-uitstoot te verminderen. Ik zal eerst mijn conclusies en projecties geven waarna elk van commentaar zal worden voorzien.

Conclusies

1. De financiële en technische onderbouwing van het Klimaatplan uitgevoerd door het PBL is onverifieerbaar.

2. Het Klimaatplan stuwt onderzoeksinstellingen (zoals het PBL) richting sciëntistische zekerheden over de toekomst t.a.v. het klimaatbeleid en de resultaten daarvan, dat wil zeggen dat er veel te grote zekerheden van wetenschappelijke kennis worden verlangd die de facto nooit geleverd kunnen worden.

Projecties

1. Het Klimaatplan zal niet leiden tot een reductie van het gebruik van fossiele brandstoffen.

2. Het Klimaatplan creëert kunstmatige schaarste op het gebied van energiebeschikbaarheid.

3. Het Klimaatplan is utopisch en daarmee onmogelijk en ondermijnend voor de samenleving.

Wordt vervolgd …